Tijdens een paraboolvlucht, uitgevoerd met een Airbus A300, vliegt de piloot steil omhoog om het vliegtuig vervolgens met een boog gedurende zo’n 20 seconden te laten vallen. In die twintig seconden heerst aan boord gewichtloosheid, of met de officiële term: microgravitatie. Een vlucht bestaat uit 30 van die parabolen.