Oefening 1: NDVI - Vegetatie uit de ruimte Met behulp van satellietsensoren kan vegetatie worden bewaakt vanuit de ruimte. Aan de hand van het reflectieniveau in het rode deel en het nabij-infrarode deel van het elektromagnetische spectrum kan een vegetatie-index (NDVI) worden bepaald uit de pixels in het beeld. Het resultaat kan aanschouwelijk worden gemaakt met een kleurenschaal van bruin tot donkergroen. In deze inleidende oefening worden twee NDVI-beelden van Latijns-Amerika, van januari en augustus, vergeleken en geanalyseerd met behulp van neerslagkaarten. Voor deze oefening is het gebruik van LeoWorks niet nodig. Een satelliet onderscheidt oppervlakten aan de hand van de straling of reflectie binnen bepaalde golflengtegebieden, ook kanalen genoemd, die de spectrale signatuur van die oppervlakten kenmerken. De in deze oefening gebruikte beelden zijn genomen door SPOT, het Franse satellietsysteem. Voor het SPOT-vegetatieprogramma wordt gewerkt met twee observatie-instrumenten in de ruimte, VEG 1 en VEG 2, en met infrastructuur op de grond. Het eerste van deze twee instrumenten bevindt zich aan boord van de SPOT 4-satelliet, die al sinds 1998 rond de aarde draait. Het tweede maakt deel uit van de in 2002 gelanceerde SPOT 5.
Het bestaan van (uitbundige) vegetatie is te danken aan een groot aantal natuurkundige geografische parameters, waarvan neerslag een van de belangrijkste is.
1. Beschrijf beide NDVI-beelden.
2. Waar is de vegetatie het uitbundigst? 3. Waar is de vegetatie het minst uitbundig?
4. Vergelijk de neerslagkaarten van elk van beide seizoenen en verklaar de veranderingen in vegetatie tussen januari en augustus.
5. Zoek enkele gebieden waar de NDVI sterk varieert. Kun je die variaties verklaren als je de NDVI vergelijkt met de neerslagkaarten? 6. Zoek een aantal woestijngebieden op. Kun je verklaren waarom er zo weinig neerslag valt in deze gebieden? 7. In een enkel gebied is de NDVI-waarde hoog in beide seizoenen. Kun je verklaren waarom?
Last update: 31 mei 2013
|