Frank De Winne in de Senaat
Afgelopen donderdag ontving de Belgische Senaat op uitnodiging van haar werkgroep Ruimtevaart ESA-astronaut generaal en burggraaf Frank De Winne. Hij sprak er met veel menselijkheid en bescheidenheid over zijn langdurige ruimtemissie en de rol die Europa speelt bij het internationaal ruimtestation ISS.
Tijdens zijn uiteenzetting over het dagelijkse reilen en zeilen aan boord van het ISS benadrukte Frank De Winne in het bijzonder de vruchten van internationale samenwerking, evenals de uitstekende groepssfeer en de hartelijkheid tussen de zes permanente bemanningsleden van het ruimtestation.
‘Op geen enkel moment is er een conflictsituatie geweest. Er hebben zich geen problemen gesteld. Daardoor konden we ons programma van wetenschappelijke en technologische activiteiten volledig zoals voorzien uitvoeren’, verduidelijkte hij. Het welslagen van zijn OasISS-missie komt volgens hem door de permanente zeskoppige bemanning aan boord van het ISS. Dat was een primeur.
‘Het ISS is zo goed als voltooid en is nu klaar voor intensief gebruik. Het feit dat we zijn overgegaan van een driekoppige naar een zeskoppige permanente beanning levert een belangrijke bijdrage aan de goede exploitatie van het station. Met zijn drieën is het moeilijk vertragingen op te vangen, wat voor spanningen zorgt, en experimenten uit te voeren en tegelijk voor het onderhoud van de verschillende systemen te zorgen. Met zijn zessen kan men gemakkelijker de dagelijkse planning van de activiteiten respecteren. Dat is de belangrijke les die ik tijdens mijn tweede vlucht geleerd heb.’
Een heus internationaal ruimtestation
Het station met een massa van zowat 350 ton draait op een hoogte van 350 kilometer rond de aarde en wordt steeds internationaler. Frank De Winne heeft dit heel goed kunnen ervaren, zowel tijdens de uitbreiding van het station, de logistieke missies en de heel gevarieerde wetenschappelijke en technologische experimenten. In dat verband vermeldde hij de eerste Japanse onbemande ruimtecargo HTV.
‘Die werd gelanceerd en gecontroleerd door Japan. De Amerikaanse Nicole Stott en ikzelf overzagen in het ISS de operaties om het ruimtetuig met een Canadese robotarm vast te grijpen en vast te koppelen aan een element van Italiaanse makelij. Om het te verplaatsen maakte ik gebruik van een Japanse robotarm. En de hele bemanning van het station heeft geholpen om het ruimtetuig leeg en daarna terug vol te laden te vullen. Al die operaties werden vanaf de grond gecoördineerd vanuit verschillende controlecentra.’
De Winne benadrukte ook het gebruik van de Europese module Columbus als internationaal wetenschappelijk laboratorium in verschillende onderzoeksdomeinen. Hij had het daarbij over de essentiële rol die Europa op het vlak van bemande ruimtevluchten speelt.
‘In de Europese inspanningen kruipt veel geld, maar dat moet men relativeren. Het gaat om één euro per Europeaan per jaar. Door deze investeringen nemen onze onderzoekers en onze industrie deel aan onderzoek en innovatie. Men moet zich verplichten voorbij de horizon te kijken om bij exploratie een hoofdrol te spelen.’
De komende maanden zal de Belgische astronaut deelnemen aan conferenties en debatten om het grote publiek, en in het bijzonder jongeren, beter bewust te maken van de Europese deelname aan het internationaal ruimtestation. Hij staat ter beschikking van ESA’s technologisch centrum ESTEC ter ondersteuning van experimenten die verder aan boord van het ISS zullen worden uitgevoerd. Hij ondersteunt ook het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie (tijdens de tweede helft van het jaar) om het programma voor te bereiden van de tweede internationale conferentie over ruimteonderzoek.
Driemaal scheepsrecht?
Frank erkende dat hij tijdens zijn vlucht van 188 dagen in een baan om de aarde zijn dierbaren op de aarde lang heeft moeten missen. ‘Maar nu ik terug op aarde ben zou ik wel naar het ISS willen terugkeren.’ Over zijn fysieke toestand bij zijn terugkeer vertelde hij: ‘Die was beter dan bij mijn vertrek. In het station moest ik immers elke dag twee uur lang aan sport doen, samen met mijn reisgezellen.’
Hij had het ook over de goede verstandhouding tussen de bewoners van het ISS en het belang samen te eten en de gastronomische cultuur van de verschillende partners in het programma te delen. Hij zal ook Halloween 2009 niet licht vergeten: als boordcommandant werd hij 'gevangen' gezet door een bemanning die onmiddellijk het contact met de controlecentra overnam en dat tot hun grote verbazing.
Als hij ooit opnieuw de ruimte zou ingaan zou hij graag een ruimtewandeling uitvoeren. Op korte termijn vertrekt de Italiaanse astronaut Paolo Nespoli eind dit jaar voor zes maanden naar de ruimte, gevolgd door de Nederlander André Kuipers begin 2012. ‘Daarna is het de beurt aan de zes jonge astronauten die zopas door ESA werden aangenomen om te gaan werken in het ISS. Als operationele astronaut moet men echter altijd klaar staan om te vliegen. Als zich een gelegenheid aanbiedt voor een nieuwe missie zal ik niet neen zeggen.’