Ruimtevaarttechnologie helpt blinden
In het kader van een ESA-project zullen blinden gemakkelijker hun weg kunnen vinden in de stad. Daarbij zal een nieuw navigatiehulpmiddel worden getest.
Het gaat om een persoonlijke navigator, een toestel dat in de hand kan worden gehouden en waarbij de nieuwe navigatietechnologieën van ESA, EGNOS en SISNET, worden gebruikt. Die is onlangs ontwikkeld door GMV Sistemas in Valladolid (Spanje) en de Spaanse nationale organisatie voor blinden ONCE (Organización Nacional de Ciegos Españoles).
Momenteel is op het GPS-systeem gebaseerde satellietnavigatie niet nauwkeurig genoeg om voetgangers te leiden, in het bijzonder in steden. Wanneer grote gebouwen het zicht op GPS-satellieten belemmeren en er slechts enkele kunstmanen in zicht zijn, dan is de nauwkeurigheid niet beter dan 30 tot 40 meter.
EGNOS en SISNET
Maar met het EGNOS-systeem van ESA kan de nauwkeurigheid verbeterd worden tot enkele meter, waardoor het gevoelig genoeg is om obstakels in een straat te lokaliseren.
EGNOS verwezenlijkt dit door informatie door te sturen van geostationaire satellieten, waardoor ontvangers op de grond fouten in de GPS-signalen kunnen corrigeren. Maar de kans dat een voetganger in een stad vol hoge gebouwen direct zicht heeft op een EGNOS-satelliet is nog kleiner dan bij een GPS-kunstmaan. Daarom ontwikkelde ESA nog een bijkomende technologie, SISNET, die het EGNOS-signaal in real time over het internet doorstuurt.
De persoonlijke navigator voor blinden heet TORMES en wordt door GMV aangepast om EGNOS-signalen over het internet en draadloze netwerken in real time te ontvangen. TORMES omvat al een GPS-ontvanger, zodat het verbeterde model in staat zal zijn de positie van een gebruiker met veel grotere nauwkeurigheid te bepalen.
Internet
Gebaseerd op het Sonobraille-platform, dat een Braille-toetsenbord en een stemsynthesizer omvat, geeft TORMES niet alleen aan waar gebruikers zich bevinden, maar wijst het gebruikers ook de weg.
‘We denken dat de aanvulling van TORMES door SISNET bijzonder interessant is’, zegt Alfredo Catalina, hoofd van het project bij GMV. ‘Het moet blinde gebruikers toelaten te navigeren met behulp van een kaart, net zoals een ziende persoon dat kan doen.’
De toevoeging van een internetverbinding biedt mogelijkheden om de functies van persoonlijke navigators nog op andere manieren te verbeteren. ‘Wanneer men met het internet is verbonden kan men ook boodschappen terugsturen’, aldus Javier Ventura-Traveset van ESA, Toulouse. ‘Men kan richtlijnen vragen om zich naar een bepaalde plaats te bewegen of melden dat men verloren gelopen is of een ongeluk heeft gehad. Door de wereld van de navigatie te verbinden met het internet zijn er weer veel nieuwe mogelijkheden.’
Eerste tests
‘We zullen twee tests doen, één met en één zonder de EGNOS/SISNET-technologie, zodat we ze kunnen vergelijken’, aldus Felix Toran-Marti van ESA, Toulouse. ‘ONCE-leden zullen helpen bij de tests en bij het inschatten van de prestaties van de technologie.’
Door de nauwkeurigheid van de GPS-signalen te verbeteren toont EGNOS nieuwe manieren waarop satellietnavigatie nu kan worden gebruikt. Maar de mogelijkheden zullen over enkele jaren explosief toenemen wanneer het eigen Europees systeem voor satellietnavigatie Galileo operationeel wordt. Dat moet uit 30 satellieten in middelhoge banen rond de aarde bestaan, samen met een netwerk van grondstations. Galileo moet garant staan voor een onafhankelijk en burgerlijk systeem waarbij men zijn positie wereldwijd kan bepalen met een nauwkeurigheid in de orde van één meter.