'Koele' infraroodcamera van Hubble-ruimtelescoop werkt weer
Hij stond meer dan drie jaar op non-actief, maar de Near Infrared Camera and Multi-Object Spectrometer (NICMOS) van de Hubble-ruimtetelescoop, een gezamenlijk NASA/ESA programma, doet het weer. En de NICMOS-opnamen zijn adembenemend.
Dankzij opnamen vanuit de ruimte in het nabije infrarood kunnen opmerkelijke ontdekkingen gedaan worden. De eerste testbeelden van NICMOS demonstreren dit. Zo keek NICMOS met zijn scherpe blik tot in de kern van het sterrenstelsel NGC 4013, waarvan we van op de aarde een zijdelingse blik op de stoffige schijf hebben. Sterrenkundigen waren verbaasd een ring van sterren te zien die rond de kern van het sterrenstelsel draaien. Hij heeft een diameter van 720 lichtjaar. Dergelijke ringen van sterren zijn niet ongewoon in balkspiraalvormige sterrenstelsels, maar alleen NICMOS kan een ring waarnemen die 'begraven' is in een sterrenstelsel dat we van op de zijkant zien.
NICMOS richtte zijn blik ook op onze stellaire achtertuin en onthulde de buitenste lagen van de Kegelnevel, die in april al met de Advanced Camera for Surveys (ACS) aan boord van de Hubble Space Telescope (HST) werd gefotografeerd. Zo toonde hij de onderliggende stoffige 'grondlaag' in deze stellaire 'scheppende pijler'.
"Het is fantastisch dat we het infrarode zicht van Hubble hebben hersteld", zegt NICMOS-hoofdonderzoeker Rodger Thompson van de University of Arizona in Tucson (Verenigde Staten). "NICMOS brengt ons tot de grenzen van het universum en tot de tijd waarin de eerste sterrenstelsels werden gevormd."
NICMOS werd in februari 1997 op de HST geïnstalleerd en keek met zijn infrarode bril naar donkere, stoffige nooit-eerder-geziene regionen van de ruimte. De infrarode detectoren werken onder een uiterst koude temperatuur van -213°C. Daarvoor was NICMOS omhuld door een soort thermos, gevuld met vast stikstofijs. Normaal moest dat volstaan voor vier jaar, maar de stikstof verdampte twee keer sneller dan verwacht. Na 23 maanden was het in 1999 met de wetenschappelijke waarnemingen van NICMOS afgelopen.
Maar NASA en de U.S. Air Force ontwikkelden een nieuw mechanisch koelsysteem om NICMOS terug tot leven te wekken. Het werkt volgens hetzelfde principe als een gewone diepvries. Het is zo goed als trilvrij, belangrijk voor de beeldkwaliteit, en werd tijdens een recente onderhoudsmissie met de spaceshuttle op 8 maart 2002 in de HST geïnstalleerd.
"De onderhoudsmissie 3B die we met de spaceshuttle aan de Hubble Space Telescope uitvoerden blijkt nu een volledig succes te zijn. De vlucht zelf was al 100% succesvol en het nieuw geïnstalleerde koelsysteem voor NICMOS is ook voor 100% een succes", aldus Dr. Ed Cheng van het Goddard Space Flight Center van de NASA.
Er zijn duidelijk weer opwindende ontdekkingen met de ruimtetelescoop te verwachten.