Asteroïden ontdekken
De meeste planetoïden zijn zo klein en staan zo ver weg dat we ze alleen als piepkleine lichtpuntjes kunnen zien. We vinden ze dankzij hun beweging voor de 'vaste sterren' aan de nachtelijke hemel. We komen meer over ze te weten door met grote telescopen te kijken naar het licht dat zij weerkaatsen. Maar zelfs de Hubble-ruimtetelescoop kan niet veel over ze zeggen. Een van de meest interessante asteroïden is Vesta, die rijk aan metaal is. De afbeeldingen van Hubble laten een redelijk ronde wereld zien met een grote inslagkrater.
Sommige aardscheerders zijn met behulp van radar bestudeerd. De radarecho's worden opgevangen door grote radiotelescopen en gebruikt om de vorm en grootte ervan vast te stellen.
Een paar asteroïden zijn door bezoekende ruimtevaartuigen nauwkeuriger onderzocht. De opnamen laten objecten zien met een heleboel kraters, wat betekent dat ze miljarden jaren lang zijn gehavend door botsingen. In 2000 werd NEAR Shoemaker het eerste ruimtevaartuig dat in een baan rond een asteroïde vloog. Het ruimtevaartuig eindigde zijn leven met een historische landing op Eros, een van de grootste asteroïden in de buurt van de aarde.
ESA’s ruimtevaartuig Rosetta heeft op zijn weg naar een komeet ook langs twee asteroïden in de grote asteroïdengordel gevlogen - Steins en Lutetia. Lutetia is ongeveer 130 kilometer in doorsnee en het was de grootste asteroïde die tot nu toe door een ruimtevaartuig is bezocht. ESA onderzoekt ook manieren om een asteroïde die naar de aarde op weg is een duwtje in een andere richting te geven.
Laatst aangepast 19 januari 2011