De snelheidsvelden van de Golfstroom worden afgeleid uit gegevens die bijna real-time worden verzameld met radiohoogtemeters. Op een kaart van de absolute geostrofische snelheden worden de snelheidsvelden in noordelijke en oostelijke richting gecombineerd tot een structuur met een significante oppervlaktestroming. De snelheden van de stromingen worden weergegeven met pijlen en/of kleurencodes. De lengte van de verschillende pijlen geeft de grootte van de snelheid weer in verhouding tot de referentiepijl van 1 meter per seconde naast de kleurenbalk. De richting waarin de pijlen wijzen geeft de stroomrichting aan. Een pijl die naar rechts wijst, staat dus voor een oostwaartse stroming.

Om de invloed van de wind op oppervlaktestromingen na te gaan, is het interessant om de snelheidsvelden van het zeeoppervlak te vergelijken met windsnelheidsvelden gemeten door scatterometers. Scatterometers zijn radarinstrumenten die microgolfpulsen naar het te bestuderen oppervlak sturen en de teruggekaatste energie meten. De vergelijking van beide parameters levert heel nuttige informatie op voor klimaatonderzoek.