Olympus en Artemis
ESA is al sinds de jaren zeventig actief op het gebied van satellietcommunicatie. Al in 1980 werd de Europese Orbital Test Satellite gebruikt voor beeldverbindingen tussen teams in Duitsland en het VK. Hij deed ook dienst als noodverbinding voor telefoongesprekken nadat een brand het grondsysteem in Lyon in de as had gelegd.
Kort daarna bracht de satelliet Marecs een doorbraak in de mobiele telecommunicatie. Nu waren de mensen niet meer aangewezen op onbetrouwbare kortegolfverbindingen, maar konden ze via satelliet bellen, bijvoorbeeld vanaf schepen.
Eind jaren tachtig en in de jaren negentig werden er vier ECS-satellieten gelanceerd. Elk daarvan verzorgde 12 000 telefoonverbindingen en tien tv-kanalen door heel Europa.
In 1989 werd ESA's Olympus gelanceerd, en die bracht een hele verbetering in de rechtstreekse verbinding tussen satelliet en schotelantennes. Olympus werd ook gebruikt voor de eerste gegevensverzending tussen twee satellieten.
De laatste verbeteringen danken we aan de satelliet Artemis. Die werd op 30 november 2001 gebruikt voor de allereerste beeldtransmissie met een laserstraal. Vanaf de SPOT 4-satelliet, op een hoogte van 832 km, werden perfecte beelden gezonden naar Artemis, op ongeveer 31 000 km boven de Aarde.
Tegenwoordig wordt Artemis gebruikt om beelden en enorme hoeveelheden gegevens te verzenden van Envisat naar het ESA-centrum bij Rome.
Laatst aangepast 07 oktober 2011