Veel onderdelen
Een auto zonder wielen of zonder motor is weinig waard. Evenzo zijn er bepaalde onderdelen die zich in een satelliet moeten bevinden.
De meeste ruimtevaartuigen zijn voor hun energievoorziening afhankelijk van batterijen en zonnecellen. Zonnecellen zijn wafelvormige stukjes silicium of ander materiaal dat elektriciteit produceert als er zonlicht op valt.
Als duizenden van deze cellen in grote panelen met elkaar worden verbonden (en zo zonnepanelen vormen), kunnen zij een flink ruimtevaartuig van energie voorzien. De cellen laden ook batterijen op zodra zij zich in de zon bevinden. Als het ruimtevaartuig dan in de schaduw terechtkomt nemen de batterijen het over.
Ruimtevaartuigen zijn voorzien van verschillende antennes die als oren fungeren en die communicatieverbindingen met de aarde verzorgen. De belangrijkste antenne is een schotelantenne met een diameter die kan oplopen tot 2 meter en die grote hoeveelheden data en informatie kan verzenden en ontvangen.
Het brein van een ruimtevaartuig is zijn computersysteem. Data kunnen in het geheugen van de computer worden opgeslagen of in real time via de antennes naar de aarde worden teruggestuurd.
Ook slaat de computer instructies op voor het besturen van het ruimtevaartuig. Dit levert een reservemogelijkheid op ingeval het contact wordt verbroken of er iets kapot gaat.
Bovendien hebben ruimtevaartuigen kleine motoren nodig om in de ruimte te kunnen navigeren. Er zijn verschillende typen motoren.
Ruimtevaartuigen maken bochten en draaien om hun eigen as met behulp van straalpijpen. Deze sturen met hoge snelheid hete gassen de ruimte in. Sommige satellieten hebben ionenmotoren. Deze gebruiken een sterk elektrisch veld om gas de ruimte in te stuwen.
Laatst aangepast 13 oktober 2011