Meteosat
Europa heeft zijn eigen weersatellieten, onder de naam Meteosat. De eerste daarvan werd op 23 november 1977 door ESA in een geostationaire omloopbaan gebracht, op 36.000 km boven de Golf van Guinea.
Sinds die tijd zijn er nog acht Meteosats gelanceerd. De nieuwste hiervan (Meteosat-9) is sinds 29 januari 2004 volledig in werking. De komende jaren staan nog twee satellieten gepland, gevolgd door een derde generatie satellieten.
De nieuwste Meteosats (de zogenaamde ‘Tweede generatie’) hebben een ontwerp dat sterk is verbeterd ten opzichte van de eerdere modellen. Zo kunnen ze nu bijvoorbeeld vaker scherpere beelden terugzenden.
Meteosat-9 heeft een instrument aan boord waarmee wolken, land, oceanen, sneeuw en ijs zowel overdag als 's nachts kunnen worden bestudeerd. Een ander instrument verzamelt gegevens over het klimaat. Die zijn heel nuttig om te kunnen voorspellen wanneer er gevaarlijk weer op komst is, zoals dichte mist, onweer, windhozen en zware buien. De voorspellingen over langere perioden zijn nu ook nauwkeuriger. Tot oktober 2006 waren er nog geen Europese weersatellieten in een polaire baan gebracht. Maar dat is veranderd met de lancering van een satelliet met de naam MetOp. Er zijn in 2012 en 2016 nog twee MetOps gepland.
De MetOp-satelliet cirkelt elke 101 minuten een keer rond de Aarde en brengt onze planeet twee keer per dag vrijwel volledig in kaart. De elf instrumenten aan boord sturen gedetailleerde, nauwkeurige informatie door over wolken, temperatuur, vochtigheid, ozonconcentratie, windkracht boven de oceanen en andere nuttige weergegevens.
Laatst aangepast 17 oktober 2011