Oefening 2: De invloed van weersomstandigheden op radarbeelden
Tot nu toe heb je gezien dat de terugverstrooiing van microgolfenergie sterk uiteenloopt voor de verschillende opnamen en de drie opnamedata. We zullen nu kijken naar de meteorologische gegevens van Ny Ålesund en deze variatie in terugverstrooiing proberen te interpreteren. Ga na onder welke weersomstandigheden de radarbeelden zijn gemaakt voor wat betreft temperatuur en neerslag.
Meteorologische gegevens voor Ny Ålesund Hier volgen meteorologische interpretaties van de variatie in microgolfverstrooiing in de drie opnamen. Twee daarvan zijn onjuist.
Welke zijn dat volgens jou, afgaande op wat je hierboven hebt gelezen?
Vergelijk je uitkomsten met die van anderen in je klas.
a) De gletsjers in de afbeelding van februari zijn betrekkelijk licht omdat deze opname is gemaakt in een koude periode nadat er veel sneeuw was gevallen. De droge en koude sneeuwlaag zorgt voor volumeverstrooiing.
b) De gletsjers in de afbeelding van september zien er betrekkelijk licht uit omdat er veel koude en droge sneeuw is die zorgt voor volumeverstrooiing.
c) De gletsjers in de afbeelding van juni zien er betrekkelijk donker uit omdat de opname is gemaakt na het inzetten van de dooi en de sneeuw waarschijnlijk nat is.
d) Hoewel de sneeuw in de meeste gedeelten van de gletsjers in de afbeelding van juni nat is en zorgt voor weinig terugverstrooiing van microgolfenergie, zien de hogergelegen gedeelten van de kleine gletsjers er nog licht uit. Dat kan zijn omdat in de hoogstgelegen gedeelten van de gletsjers de dooi nog niet is ingezet, zodat sneeuw en ijs daar nog droog en koud zijn en veel microgolfenergie weerkaatsen naar de sensor (volumeverstrooiing).
e) De gletsjers in de afbeelding van september zien er halflicht uit omdat na een lange warme periode met veel regenval de meeste sneeuw mogelijk is gesmolten (behalve de hoogstgelegen gletsjergedeelten) en het ruwe ijsoppervlak zorgt voor een gemiddelde verstrooiing.
f) In alle afbeeldingen zijn de hogergelegen gedeelten van de kleine gletsjers lichter dan de lagergelegen gedeelten omdat de sneeuw op grote hoogte heel nat is. Natte sneeuw weerkaatst veel microgolfenergie terug naar de sensor.
|