ESAEducationHoofdpaginaWeer en klimaatOpwarming van de AardeNatuurrampen
   
Kustverandering
DonaudeltaOlievlekken
Ontbossing
Nationaal park BardiaBassin van de CongorivierOlifantenreservaat Kaming SonitpurKilimanjaroRondoniaShillong en Guwahati
Ijs
Antarctica 2003Gletsjers analyseren met radarbeeldenKlimaatverandering en gletsjersTerugtrekken van gletsjers in de AlpenStroming van gletsjerijsObservatie van gletsjers in de HimalayaRemote sensing van ijs en sneeuw
Verstedelijking
CaïroCordobaKathmanduHimalayaKathmanduvalleiLagos
Vegetation
Beschermd natuurgebied AnnapurnaSpoorloos in de AndesNgorongoro Conservation AreaBinnendelta van de NigerZuid-Amerika
 
 
 
 
 
printer friendly page
Eduspace - 131 NL
Synthetic Aperture Radar (SAR)
Synthetic Aperture Radar (SAR)
 
SAR is het acroniem van Synthetic Aperture Radar. Daarmee wordt een speciale radartechniek bedoeld waarmee over grote afstanden, bv. vanuit de ruimte, radarbeelden met een hoge resolutie mogelijk zijn. Bij radar wordt een afstand (bereik) gemeten met behulp van microgolven.

Terwijl een radarhoogtemeter de signalen loodrecht verzendt, zijn de SAR-pulsen zijwaarts gericht. Daardoor worden de signalen door verschillende objecten op aarde op verschillende momenten naar de sensor teruggekaatst. Op die manier kunnen de objecten worden onderscheiden. Zijwaartse radarpulsen vormen beeldlijnen (d.w.z. bereikdimensie). Door de beweging en richting van de sensor, die voortdurend radarpulsen zendt en ontvangt, ontstaat nog een beelddimensie (d.w.z. de azimuth-dimensie).
 
SAR-beelden lenen zich goed voor onderzoek van de kenmerken van ijs en sneeuw en de verandering daarvan in de tijd. Verder kan de ijsstroming worden gemeten door op verschillende momenten gemaakte SAR-beelden van hetzelfde gebied onderling te correleren (beeldcorrelatie, voor SAR-opnamen vaak 'speckle tracking' genoemd).

Radar en SAR registreren de tijd en kracht van een terugkomende puls, evenals de fase van de microgolf. Deze fasesignalen leveren een interferogram op tussen twee SAR-gegevensvastleggingen. Radarinterferometrie (InSAR) dient om de hoogte boven het zeeniveau te meten, terwijl met Differentiële InSAR (DInSAR) verplaatsingen zoals gletsjerstromingen worden gemeten.  
 
Photo of the Gruben area in the Swiss Alps
Foto van het gebied rond Gruben in de Zwitserse Alpen, gemaakt vanuit een vliegtuig
Figuur 1 is een radarinterferogram van het gebied rond Gruben. De kleurencirkels zijn vergelijkbaar met hoogtelijnen en geven de topografie van het terrein weer volgens de metingen van de InSAR-sensor. In de drie met blauwe pijlen aangegeven gebieden zijn de kleurencirkels sterk vervormd vanwege de verplaatsing van de gletsjers tussen de twee SAR-opnamen die het interferogram vormen (zie de drie gletsjers op de luchtfoto van het gebied rond Gruben).
 
 
SAR interferogram over Gruben area
Figuur 1 - SAR-interferogram boven gebied rond Gruben
Als het ijs zich niet zou verplaatsen, zouden de kleurencirkels (d.w.z. randen) parallel lopen aan de hoogtelijnen. In feite lijken de kleurencirkels in het eerste interferogram (figuur 1) van het terrein rond de gletsjers sterk op de kleurencirkels die zijn gesimuleerd met een elevatiemodel (tweede interferogram, in figuur 2).
 
 
Topography-only interferogram simulated from a digital elevation
Figuur 2 - met een digitaal elevatiemodel gesimuleerd interferogram dat uitsluitend de topografie weergeeft
Als het terrein stabiel is, kunnen de hoogtelijnen worden berekend uit een interferogram en een afgeleid digitaal elevatiemodel. Maar voor de drie gletsjers zijn de kleurencirkels niet alleen het resultaat van de topografie maar ook van de dagelijkse ijsverplaatsing tussen twee vastleggingsdata.

Als de topografie van het gebied bekend is, kun je de topografische randen (figuur 2) simuleren en zo onderscheid maken tussen de bijdrage aan de kleurencirkels door respectievelijk de topografie en de dynamiek van het ijs, door eenvoudig de gesimuleerde topografische randen (tweede beeld) af te trekken van het oorspronkelijke interferogram met zowel topografische als verplaatsingsranden (figuur 1). De verplaatsing van het ijs kan daarom heel nauwkeurig worden gemeten (figuur 3).
 
 
Figuur 3 - Verplaatsing berekend als het verschil tussen het oorspronkelijke interferogram
In het geval van stabiel terrein leent SAR-interferometrie zich dus voor hoogtemeting, bv. van een gletsjer. En is het terrein onstabiel (bv. stromende gletsjers), dan kan met SAR-interferometrie de ijsverplaatsing heel nauwkeurig worden gemeten. Als er meer dan één paar SAR-opnamen zijn, kunnen de hoogte en verplaatsing van de gletsjer tegelijk worden gemeten door beide technieken te combineren.
 
 

 


Gletsjers analyseren met radarbeelden
Inleiding
Achtergrond
Radar
Oefeningen
Inleiding oefeningenOefening 1: Multitemporele radar- en multispectrale optische gegevensOefening 2: De invloed van weersomstandigheden op radarbeeldenConclusies
Eduspace - Software
LEOWorks 4 (MacOS)LEOWorks 4 (Windows)LEOWorks 4 (Linux)
Eduspace - Download
Images_Glaciers.zipGoogleEarth file
 
 
 
   Copyright 2000 - 2015 © European Space Agency. All rights reserved.